Betekenis van Human Relations Theory

Wat is de theorie van menselijke relaties:

The Theory of Human Relations, ook wel de School of Human Relations genoemd, is de verzameling theorieën over menselijk gedrag op de werkplek, gemaakt om de studies van de administratie te begeleiden.

Deze theorieën bereikten kracht in het midden van de jaren twintig, met de Grote Depressie als gevolg van de ineenstorting van de New York Stock Exchange in 1929.

Tussen 1927 en 1932 huurde het Hawtorne apparatuur- en componentenproductiebedrijf van Western Eletric Company een team van sociale wetenschappers in om opmerkingen te maken over het gedrag van werknemers. Het doel was om de relatie tussen de verlichting en de efficiëntie van de werknemers te identificeren, gemeten aan de hand van hun productie.

Het onderzoek werd geleid door psychopatholoog George Elton Mayo en zijn assistent, ingenieur Fritz J. Roethlisberger. Mayo wordt beschouwd als de vader van Human Relations.

De nieuwe ideeën die de Theory of Human Relations bracht, trachtten een nieuwe visie op bedrijfsherstel te creëren, waarbij de aandacht vooral uitging naar de mens.

Ze creëerden nieuwe perspectieven voor de afdeling Administration, door de kennis van de activiteiten en het gedrag van hun werknemers in groepsgroepen.

Meer informatie over de geesteswetenschappen.

Kenmerken van Human Relations Theory

In de periode vóór de Theory of Human Relations werd de arbeider mechanisch behandeld volgens de voorschriften van de klassieke theorie.

Met de nieuwe theorieën veranderde de focus en de arbeider ( homo economicus ) werd met een meer sociaal belang gezien.

De belangrijkste kenmerken van deze theorieën zijn:

  • De mens kan niet worden gereduceerd tot een wezen wiens gedrag eenvoudig en mechanisch is;
  • De mens wordt tegelijkertijd geleid door het sociale systeem en de eisen van een biologische orde;
  • Alle mannen hebben behoefte aan veiligheid, genegenheid, sociale goedkeuring, prestige en zelfontplooiing.

Vervolgens begint een proces waarbij steeds meer werknemers worden betrokken bij de besluitvorming van het bedrijf en bij de beschikbaarheid van informatie over hun werkplek.

Ook begon een beter begrip van de aspecten die verband houden met menselijke affectiviteit in de werkomgeving, evenals de bepaling van grenzen van bureaucratische controle voor sociale regulering.

Als een gevolg van deze theorie, was er een analyse van paradigma's in de principes van de Theory of Scientific Administration van Frederick Winslow Taylor. Deze breuk omvatte ook gedragsvariabelen van de individuen bij de uitvoering van activiteiten en de humanisering van het werk, met toepassing van meer wetenschappelijke en precieze methoden.

Zie ook de betekenis van Interpersoonlijke Relatie en Taylorisme.