Taalfuncties

Wat is taalfuncties:

Taalfuncties zijn de manieren waarop elk individu zijn spraak organiseert, afhankelijk van de boodschap die hij wil overbrengen . Taal kan worden gebruikt om gevoelens te uiten, te informeren, om anderen te beïnvloeden, enz. De verzending van dit bericht veronderstelt een zender, een ontvanger, een context, een code en een kanaal tussen de zender en de ontvanger.

De functies van de taal zijn:

1 - Emotionele of expressieve functie - wanneer de taal zich concentreert op de zender zelf, en zijn gevoelens, zijn emoties onthult. Bijv .: "Ik verlies mijn stem op de weg / ik kan niet stoppen / Mijn weg is steen / Hoe ik kan dromen".

2 - Aansprekende of conatieve functie - wanneer de afzender het bericht organiseert om de ontvanger te beïnvloeden. Het wordt veel gebruikt in reclameberichten. Bijv .: niet naar de laatste minuut vertrekken! Plan uw vakantie.

3 - Referentie- of denotatieve functie - wanneer de bedoeling van de afzender is om objectief over de werkelijke context te spreken. Het is informatietaal. Bijvoorbeeld: kranten, tijdschriften, studieboeken, wetenschappers, enz.

4 - Metalinguïstische functie - wanneer de taal over zichzelf spreekt, is het de bedoeling om de woorden zelf (codes) uit te leggen. Bijv .: Wanneer ik "hoog" zeg, betekent dit "stop".

5 - Phatische functie - wanneer de taal wordt gebruikt om te bevestigen of de afzender daadwerkelijk wordt gehoord. Het is een communicatiekanaal. Ex.: Krijgt u mij? Right? Is dat niet waar? " Enz.

6 - Poëtische functie - wanneer de taal een speciale zorg onthult met het ritme van de zinnen, met de sonoriteit van de woorden, met het spel van ideeën. Bijvoorbeeld: literaire teksten, spreekwoorden, enz.